Over Misha de Ridder

Het werk van Misha de Ridder (1971), foto's, films en fotoboeken gaat over het landschap, en om nog preciezer te zijn: over onze perceptie van het landschap. Met zijn bevreemdende foto's, gemaakt met een technische camera, kijkt hij dóór dat landschap heen en laat hij zien wat we missen als we normaliter met onze mensenogen een winters bos of een krijtwitte klif bezien.

Mos verandert van kleur, zonlicht wordt iedere minuut anders weerkaatst, en in een winters bos blijkt veel meer kleur te vinden dan we geneigd zijn te denken. Zijn werk gaat daarmee dus ook over kijken, en over nóg beter kijken, en uiteindelijk over door de werkelijkheid heen kijken. In die zin is zijn werk een voortdurende zoektocht naar, in de woorden van de kunstenaar, de onwerkelijke werkelijkheid van dat landschap.

Sinds zijn afstuderen aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht is zijn werk te zien geweest in een mooie reeks tentoonstellingen onder andere bij Juliette Jongma Gallery in Amsterdam, Noorderlicht Fotofestival, Stedelijk Museum Amsterdam, Foam Amsterdam, The Museum of the City van New York en het FotoMuseum in Antwerpen. Zijn bijzondere werk is inmiddels in veel mooie collecties opgenomen.

Vertel eens over de plek waar je werkt?

Ik heb een atelier in een Amsterdams pakhuis uit 1620, vlakbij het huis waar Rembrandt woonde. Het was ooit een snoepfabriek. Hier maak ik prints, ontvang ik mensen en hier denk ik na, maar mijn echte atelier is in de buitenlucht, midden in het landschap waar ik op dat moment mee bezig ben. Meestal kampeer ik dan en ik draag ik allerlei zware apparatuur met me mee.

03_MdR_atelier2017

Met welke apparatuur werk je?

Ik fotografeer met een Linhof Technika. Dat is een opvouwbare technische camera die op allerlei manieren verstelbaar is, ik kan het scherptevlak verleggen en het perspectief corrigeren. Ik schiet op diapositieve analoge vlakfilm 4×5 inch (ong. 10×13 cm). Het beeld bevat veel informatie en heeft een hoge resolutie. Omdat ik op diapositief materiaal werk zijn de kleuren op de dia ook mijn referentie voor de afdruk.

Het werkproces lijkt op schilderen, alle beslissingen voor het uiteindelijke beeld maak ik in het veld. De camera is voor mij een kijkmachine, een stuk gereedschap om nog beter naar de wereld te kijken. Het is voor mij een manier om mijn eigen perceptie, eigenlijk mezelf te overstijgen. Op dat moment wordt fotografie kunst. Ik zie het landschap als een canvas, maar het beeld dat ik maak heeft door mijn werkwijze altijd een directe link met de werkelijkheid. Wat je ziet is in die zin ook ‘echt’, hoe abstract het landschap in mijn werk ook wordt.

06_Unseen2016-FalaiseVIII

‘Falaise VIII’, Misha de Ridder, gliclée print, 150 x 187,5 cm, courtesy Galerie Juliètte Jongma

Vertel eens over de landschappen die je interesseren?

Als ik ergens ga werken onderzoek ik de processen in dat landschap. Het licht, de veranderingen, de seizoenen. Voor mijn project ‘Abendsonne’ ging ik naar een meer in Zwitserland, volgens Google het meest spiegelgladde meer van de Alpen. Het is helemaal ingesloten door hoge bergen.

Voor mijn boek ‘Falaise’ liep ik met eb de zee in om licht en kleur op de krijtrotsen in Normandië te fotograferen. Het bijzondere is dat het licht dat op de kliffen valt altijd indirect is. De zon staat achter de kliffen, reflecteert op de zee, op de hemel. De witte rotsen zijn het projectiescherm. Daarom begint het boek ook met foto’s van de zee, feitelijk de bron van het licht. Op dit moment ben ik bezig in kaal bos in Frankrijk; hoewel het winter is zie je, als je goed kijkt, enorm veel kleur in dat landschap.

Misha de Ridder 2016-FalaiseX We Like Art‘Falaise X’, Misha de Ridder, gliclée print, 70 x 56 cm

Hoe ben je tot hier gekomen?

Tijdens mijn opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht begon ik met fotograferen van stedelijke landschappen, maar op een gegeven moment ontdekte ik dat ik meer kon met natuurlijk landschap. Natuur is a priori zonder betekenis. Het is dus opener, je neemt altijd jezelf mee het landschap in, jij geeft er betekenis aan, je spiegelt jezelf.

In het begin was dat niet gemakkelijk: het bleek heel moeilijk om een foto van een bos te maken, en het leek onvermijdelijk om natuur te fotograferen zoals we die al kennen van de talloze foto’s die er al gemaakt zijn. Ik wilde niet gevangen zijn in dat gemedieerde beeld en vroeg me toen af hoe ik door het decor heen zou kunnen stappen. Door te experimenteren kwam ik steeds een stap verder en ontdekte ik steeds meer nieuwe manieren om het landschap te bekijken.

Portret-Misha-de-Ridder-3-(c)-Marleen-van-Veen_bw We Like Art

Misha de Ridder, opening solo-tentoonstelling ‘Solstice’ in Foam 2011, foto Marleen van Veen

Wat hoop je dat het publiek meekrijgt van jouw werk?

Ik duid mijn werk zo min mogelijk met tekst, omdat ik wil dat de betekenis zo open mogelijk is. Het is ‘beeldende’ kunst, ik vind dat het een visuele belevenis moet zijn die aan het conceptuele vooraf gaat, en niet andersom.

Maar natuurlijk heb ik zo mijn eigen ideeën bij het werk; bijvoorbeeld over de notie dat de dood ervoor zorgt dat we schoonheid kunnen waarnemen. Toen ik samen met Lernert & Sander ging filmen in Alaska stortten we met de auto een ravijn in. Wonder boven wonder hebben we dat overleefd. Die bijna-dood ervaring heb ik vervolgens meegenomen in mijn verdere werk. En het gaat voor mij ook over het samenvallen, het opgaan in natuur, in plaats van het Romantische idee dat er een kloof zou zijn tussen mens een natuur.

Natuur bestaat niet. Als je sterft ben je weer net als die steen in het stof. Maar het gaat er mij vooral om dat, als we als mensen verder willen komen, gelukkig willen zijn, we moet zorgen dat we niet verstarren in ons denken en telkens opnieuw kijken, goed kijken, altijd beter kijken. Kunst kan ons daarbij helpen.

 

Misha de Ridder, Struthof (2018)

Deel deze pagina